Vorig jaar verkocht het merk zo’n 570.000 auto’s, maar als we vragen of het miljoen ooit gehaald wordt, antwoordt Le Vot dat het geen kwestie van óf is, maar wánneer. Dacia zal de komende jaren groeien en daar is een aantal redenen voor. De eerste is elektrificatie – of beter: nog niet inzetten op EV’s. Hoewel veel fabrikanten al op korte termijn over willen op de productie van louter EVs, doet Dacia het rustig aan. De Spring is voorlopig het enige model en een andere EV zit niet in de planning voor de komende twee, drie jaar. De collega’s bij Renault mogen het ontwikkelingswerk doen waarvan Dacia dan later zal profiteren.
Een andere kans bieden de Euro 7-normen. Hoewel nog niet vast staat hoe die nieuwe uitstooteisen er precies uit zien, staat wel vast dat ze auto’s duurder maken. En als alle merken hun auto’s duurder moeten maken, dan profiteert een ‘value for money’-merk daarvan, zo redeneert Le Vot. Mensen gaan immers op zoek naar betaalbare modellen en dat is de specialiteit van het Roemeens-Franse merk.
Dacia-CEO Denis le Vot
Voordeliger alternatieven
Maar met de huidige vijf modellen gaat dat niet lukken. Met de Spring in het kleinste A-segment en de andere modellen in of net boven het B-segment heeft het al in menig land een podiumplaats veroverd, maar de grootste groei moet komen uit nieuwe modellen in het C-segment. “Dat is veruit het grootste segment met heel veel potentie. Alleen is Dacia daar nog niet actief, maar dat gaat vanaf 2025 veranderen.” Het eerste model zal een SUV boven de Duster zijn, waarvan al eerder een concept is getoond met de naam Bigster. Daar komen kort daarna nog twee modellen bij. “Kijk hoe duur auto’s worden. Mensen gaan echt wel op zoek naar voordeliger alternatieven’, aldus Le Vot.
Om een auto betaalbaar te houden moet je om te beginnen de kosten laag te houden. Dat blijft Dacia doen door uitsluitend techniek te gebruiken die bij Renault op de plank ligt. Er worden dus geen platformen of aandrijflijnen ontwikkeld die specifiek voor Dacia zijn. Het is altijd Renault-materiaal dat als basis dient. Met dat spul gaan de ontwikkelaars aan de gang en doen precies het tegenovergestelde van wat veel andere merken doen: ze gaan eraf halen wat je eigenlijk niet nodig hebt. Terug naar de essentie. Geen elektrische stoelverstelling bijvoorbeeld, want dan hoeven daarvoor ook geen kabels te worden gelegd. Als blijkt dat de meeste mensen systemen die je waarschuwen voor het verlaten van je rijstrook toch uitzetten, dan kun je het net zo goed weglaten. Deze bezuiniging op de actieve veiligheid zorgt voor een lagere score in de EuroNCAP, maar dat neemt het merk voor lief. Het bespaart niet op de passieve veiligheid.
Platform
De nieuwe, grotere Dacia’s verschijnen op hetzelfde zogenaamde CMF-B platform, waarop nu de Jogger staat en waarvan later dit jaar de nieuwe Duster gebruik maakt. Het platform is uiterst flexibel en is geschikt voor auto’s van verschillende lengte en vormen, met voor voorwiel- of vierwielaandrijving en een keur aan aandrijflijnen: traditionele verbrandingsmotoren, maar ook hybride en lpg.
“Ik zie dat auto’s steeds duurder worden. Als een middenklasser een paar jaar geleden nog €32.000 was, dan is hij nu al snel €37.000 en over een paar jaar dus €42.000. Veel mensen hebben niet zo veel te besteden en zullen dus anders naar hun volgende auto kijken.”
Elektrificatie is voor Le Vot en Dacia nog niet zo’n groot thema als bij veel andere merken. Ja, de modelwisselingen gaan gepaard met mild hybride en volledig hybride varianten, zoals nu al bij de Jogger het geval is. “Onze auto’s zijn relatief licht van gewicht, omdat we ze bewust licht hebben gemaakt door dingen weg te laten. Dat scheelt al snel 300 kilo. En met een lager gewicht gebruik je minder brandstof, en stoot je dus minder uit”, aldus Le Vot. Hij houdt de ontwikkelingen in de gaten en als het moet kan het merk sneller elektrificeren dan het nu van plan is. In 2027 of 2028 komt de opvolger van de Sandero die een levenscyclus zal hebben tot halverwege de jaren 30 en daarvan komt ook een elektrische variant. Le Vot merkt fijntjes op dat de Spring inmiddels 100.000 keer is verkocht en zo’n 18 procent uitmaakt van het volume en dat dat gelijk is aan wat de andere merken doen en je Dacia dus geen achterblijver kunt noemen. Le Vot bevestigt dat er een facelift aan komt voor de Spring, in 2024. Helemaal zonder elektrisch nieuws kan het merk dus niet, maar een groot offensief blijft uit. Het merk ontvangt kopers die nog niet toe zijn aan een stekkerauto voorlopig nog met open armen.
De Dacia Jogger in de fabriek in het Roemeense Mioveni.