Hyundai Tucson vs. Toyota RAV4 – Dubbeltest

Is de Hyundai Tucson N-Line een echte N?
Een paar jaar geleden kwam Hyundai met de vrij briljante i30 N, waarmee de goede naam van het N-label ­meteen gevestigd was. Zoals dat gaat, ­komen er vervolgens uitvoeringen die er een beetje uitzien zoals een echte N, maar dat in feite niet zijn. Zie daar de Tucson ­N-Line: wel de looks, niet het vermogen. Of het onderstel, want in tegenstelling tot sommige andere merken neemt Hyundai niet de moeite om een sportonderstel onder de Tucson te schroeven. De sportieve ­kwaliteiten van deze SUV zijn dus niet meer of minder dan bij andere uitvoeringen.
Toyota heeft van de RAV4 toch ook een GR Sport?
Ook Toyota heeft zo’n sportieve uitvoering van de RAV4: de GR Sport. Die heeft als voordeel dat er daadwerkelijk een ander onderstel onder zit. Het nadeel: momenteel is hij niet verkrijgbaar. Maar Toyota heeft nog een andere bijzondere uitvoering van de RAV4, de Adventure. Precies het tegenovergestelde eigenlijk, want de Adventure richt zich juist op mensen die weleens ­buiten de gebaande paden treden met extra grote beschermingsplaten onder de bumpers en zwarte wielkastranden om ­kleine schades af te kunnen weren. En om het avontuurlijke karakter nog eens te onderstrepen is de Adventure-uitvoering er alleen met vierwielaandrijving.
Zijn de hybride Hyundai Tucson en de Toyota RAV4 technisch aan elkaar gewaagd?
Daarmee onderscheidt de RAV4 zich ook al van de Tucson, die er als hybride alleen maar is met aandrijving op de voorwielen. Die voorwielen worden in de Hyundai via een zestraps volautomaat aangedreven door twee motoren: een 180 pk sterke 1,6-liter viercilinder turbomotor en een elektro­motor van 60 pk. Het maximale systeemvermogen ligt op 230 pk en daarmee is de Tucson moeiteloos vlot. Bij gasgeven reageert de aandrijflijn door de elektromotor spontaan, waarna het hoge koppel van de turbomotor ervoor zorgt dat de Hyundai moeiteloos blijft versnellen zonder dat je hoort dat er een verbrandingsmotor aan het werk is. Het aan- en afkoppelen van de 1.6 gaat onder normale omstandigheden ook vrijwel naadloos. Alleen als je opeens kickdown geeft, voel je dat er een transmissie aan het werk moet. Prima! En dat geldt ook voor het verbruik, want bijna 1 op 17 is voor een middelgrote SUV met 230 pk een keurige score.
Extreem efficiënte Toyota RAV4
Toch profiteert Toyota op het onderdeel verbruik van de decennialange ervaring die het merk heeft met hybridetechniek want zelfs met vierwielaandrijving scoort de RAV4 ruim 1 op 18. De aandrijflijn is met name in de bebouwde kom extreem efficiënt. Zoals gezegd kun je bij Toyota kiezen voor voorwielaandrijving of vierwielaandrijving. In beide gevallen ligt er een 177 pk sterke atmosferische 2,5-liter viercilinder voorin, die samen met een 120 pk sterke elektromotor de voorwielen aandrijft via het bekende planetaire tandwielstelsel dat als cvt fungeert. In de voorwielaangedreven versie is dat pakket goed voor 218 pk.
Moet je bij de Toyota RAV4 voor de AWD gaan of volstaat er een 2WD?
In de AWD-variant komt er een tweede, 54 pk sterke elektromotor bij op de achteras en stijgt het systeemvermogen tot 222 pk. De tweede elektromotor is dus niet mechanisch verbonden met de motoren voorin en kan door het beperkte vermogen alleen bij lage snelheden meehelpen. Prima voor in het terrein, maar als je daar nooit komt heb je er weinig aan. Maar goed: bij Toyota héb je tenminste de keuze. Zoals we inmiddels van Toyota gewend zijn, werken de motoren naadloos samen, waardoor je bijna niet merkt dat de verbrandingsmotor bijspringt. Tenzij je stevig vermogen vraagt, want dan gaat de 2.5 behoorlijk toeren draaien en blijft door de cvt dan op een vrijwel constant tempo hangen. Omdat het systeemvermogen tegenwoordig heel behoorlijk is, duurt dat zelden echt lang, maar flinke stappen zetten gaat met minder rust en ­vanzelfsprekendheid dan in de Tucson.
In de video gaan we dieper op de zaken in en in de gratis te downloaden PDF vind je alle gegegevens, metingen en het hele verhaal. 

Lees hier het gehele bericht